Ik kom tot U in zonden, Heer,
leg mijn tekorten voor U neer;
neemt Gij mijn hand en leidt mij voort,
opdat mijn ziel Uw spreken hoort.

Vanuit mijzelf heb ik geen kracht,
ben ‘k zwakker dan ik zelf ooit dacht.
Mijn zorgen leg ik, Heer, bij U,
wil mij omramen, helpen nu.

Mijzelf vertrouwen kan ik niet,
’t is slechts mijn kleinheid die Gij ziet,
maar U bent groter dan mijn woord.
U hebt mijn arme klacht gehoord.

Door al mijn tranen en verdriet
waarin mijn hart geen uitkomst ziet,
zoek ik Uw naam. In donk’re nacht
bent U de God op wie ik wacht.

U neemt mij in Uw Vaderhand,
toont over zonden heen het land
dat U beloofd hebt, zo gewis
als dat Uw trouw mij zeker is.

Uw ster straalt in de duisternis,
U geeft genaad’ als erfenis,
Uw Geest is in mijn hart gelegd,
Uw zegen aan mij toegezegd

Melodie: Psalm 134