Doe mij recht Heer, die mij haten
zijn uit op mijn ondergang.
Onbetrouwbaar, bovenmate,
kom te hulp, ik ben zo bang.
Waarom helpt U mij nu niet?
U, die al mijn moeiten ziet.
Heeft het zin op U te hopen,
steeds maar in het zwart te lopen?
Laten licht en waarheid beiden,
gids op al mijn wegen zijn.
Laten zij mij begeleiden,
naar uw berg, uw tempelplein.
Naar uw woning, naar uw huis,
breng mij veilig bij U thuis.
Niets is beter in dit leven
dan de rust die U wilt geven.
Ik zal tot uw altaar komen,
zelfs tot U, mijn hoogste goed.
Daarvan kan ik nu al dromen,
dat ik U, mijn God ontmoet.
Dan zing ik bij lier en fluit,
al mijn vreugde voor U uit.
God, mijn God, ik zal U prijzen,
eeuwig U mijn dank bewijzen.
Waarom zo terneergeslagen,
zo onrustig elke dag?
God wil altijd helpen dragen,
hoop waaruit ik leven mag.
Wie gelovig op Hem ziet,
redt Hij, troost Hij in verdriet.
Eens, als uit de nacht geboren,
is mijn loflied weer te horen.
Aangezien de Psalmen 42 en 43 in feite één geheel vormen, is
voor beide psalmen dezelfde melodie gekozen, n.l. die van Ps 42.
