Op de Olijfberg staat de Heere,
Hij ziet vandaar neer op Jeruzalem.
Zijn ogen dwalen over de stad, en zoeken
nog eenmaal al die plaatsen, vol betekenis voor Hem:

Hij ziet Gethsémané, waar Hij gekropen heeft in smartelijk lijden;
de zaal van Kajafas, waar ’t onrechtvaardig vonnis werd geveld;
het rechthuis van stadhouder Pontius Pilatus,
waar Hij op tweetal met Barabbas werd gesteld.

Hij ziet Gábbatha, waar Zijn rug door ploegers werd geploegd;
de Via Dolorosa waar Hij het zware kruishout droeg.
Hij ziet de heuvel Golgotha, nu zonder kruis;
de hof van Jozef, het graf is leeg - Hij gaat naar Huis.

Nog eenmaal kijkt Hij, liefdevol, Zijn discipelen aan.
Dan vaart Hij op, Zijn handen zegenend over hen uitgebreid.
Hij zal hun woning gaan bereiden en dan komt Hij terug,
om hen tot Zich te nemen tot in eeuwigheid.


Lukas 24:50-51