In het huis van mijn Vader zijn vele woningen
Ik ga nu daarheen om u plaats te bereiden
en dan breng Ik u naar de Koning der Koningen
in Eden’s Hof, eeuwig zult u zich verblijden.

Ik zal u geen wezen laten, de Heilige Geest
zal u troosten, en Die zal Ik tot u zenden,
Ik ga naar de Vader waar Ik altijd ben geweest
Ik ga voor Zijn recht, en betaal voor ’t dat schenden.

Ik reik u brood en wijn, Ik geef voor u Mijn leven,
en doe dit samen, steeds, tot Ik er weer zal zijn:
herdenk Mijn dood wanneer de beker wordt geheven.

Agnus Dei Qui tollit mundi peccata
zo heb Ik ‘t toegezegd, en zo staat het geschreven:
na Golgotha wacht Eden’s Hof in gloria.

bij Johannes 14 : 1 - 4, en 16 - 20;
I Corinthe 11 : 23 – 26;
Johannes 1 : 29 en 36