Wat ik aan weten overhou
staat overeind
in vragen over
toen
Jerusalem
en hoe daarna;
een god en weerloos zijn

Bij kaarsen wakend
hou ik die nacht,
de lansen tegen en
al wat komen zal.

Een zachte hand
raakt vragend
mijn gedachte aan:
hoe weiger ik een god
Zijn lot om wat geschreven staat.

Wat ik aan vragen overhou
kijkt over water uit
of Hij daar aan komt lopen
zo als geschreven staat

Diana Freys