Als ik mij terugtrek naar stil moment,
een moment om alleen met U te zijn
en mij besef dat U mij zo diep kent,
voel ik mij, Heer, zo zondig en klein.

Dan voel ik mij als een heel klein kind
durf niet tot Uw grootheid heen te gaan.
Stilte loeit dan als een hevige wind,
waarin mijn goede voornemens ondergaan.

U sprak Heer; “Laat de kinderen komen,
Ik wil zorgen met liefde en vertrouwen.
Laat hen in grote drommen tot Mij stromen,
op hen zal Ik eens Mijn Koninkrijk bouwen.

Geloof dus met het geloof van een kind,
dat u bij de Vader rust en liefde vindt”.