Je bent een mens geweest
door God geschreven.
Getekend door Zijn hand
en steeds Zijn kind gebleven.
Je leefde in Zijn liefdezon,
zelfs in de diepste dalen.
Je proefde uit Zijn bron,
gekoesterd door de zonnestralen.
En kwamen wolken voor het licht,
was toch niet alles duister,
Als glimlach Gods gezicht
en zacht Zijn stil gefluister:
'O mens je bent geborgen,
kom naar het eeuwig feest.
Daar zal Ik voor je zorgen.
Ik ben het die je leven leest.