Zó te mogen leven, Heer,
dicht bij U, in Uw nabijheid,
te genieten van Uw vrijheid.
Levend uit Uw Woord en Leer.

Zó te mogen leven, Heer,
en Uw wederkomst verwachtend.
Eenmaal wijken kwade machten:
U komt naar de aarde weer.

Zó te mogen sterven, Heer!
Wetend, uitziend, sterk verlangend
dat God klaar staat te ontvangen
't kind van Hem, zo zeer begeerd.

Zó te mogen sterven, Heer.
't Lijdend lichaam te verlaten
voor de stad met gouden straten.
Sterven geeft nieuw leven weer!

Zo te mogen LEVEN, Heer!
In Uw heerlijkheid hierboven
in volmaaktheid U te loven:
U komt toe de dank en eer.

Zó te mogen LEVEN, Heer!
Samen met de hemelingen
U de glorie toe te zingen:
't Lied dat eindigt nimmermeer.

               ************
Leer mij in míjn leven, Heer,
deze wensen en dit weten
nooit en nimmer te vergeten
(want ik struikel menig keer....)

                 (geschreven na een indrukwekkende begrafenis)