Daar waar de satan
	de mensenhiel verbijt,
	grijp jij verbeten in.
	Gods struikelblok.
	Jij grijpt niet naar je heup,
	maar naar je broeders hiel.
	Vader van verlossing.
	Met je zachte ogen ongekend
	en ongezien vermenigvuldigde
	je legers vol van hielengrijpers.
	Hele hordes dronken aan je borsten:
	de priesterschaar en vele vorsten.
	Moeder van verlossing.
      
                    
-