Het zijn mijn dagen
de dagen van gedachtenis,
er weer aan denken
dat niets meer hetzelfde is,
en al die vragen.

Het zijn mijn nachten
van stil zijn in verdriet,
weten dat de morgen
toch ook mijn tranen ziet
van hopen en verwachten.

Het zijn mijn jaren,
in eenzaamheid te leven.
Toch moedig verder gaan,
doorgaan in het geven,
haast vallen, maar toch blijven staan.

Het is mijn God
die tranen steeds blijft vangen,
mijn handen pakt
en troost geeft in 't verlangen
dat aan Zijn hart de pijn eens zakt.