Je woont in een gezin
Maar je voelt je alleen,
Je wordt thuis niet geaccepteerd
In moeilijke tijden heb je vaak niet direct iemand om je heen.
 
Het gevoel dat je er alleen voor staat
Ouders die niet weten hoe met je om te gaan,
Negatieve woorden moet je aanhoren
Moeilijk om dit alles te doorstaan.
 
Net wanneer het weer beter met je gaat,
Wort je door je ouders onderuit gehaald.
 
Je houdt het thuis dan niet meer vol
Je vlucht weg, ontwijkt al het negatieve,
Moeilijk om bij iemand aan te kloppen
Meestal ontvang je daar dan juist weer het positieve.
 
Moeilijk als je altijd te horen krijgt wat je fout doet
 Moeilijk is het als je eigen ouders niet achter je staan,
Hetgeen wat je ouders over je zeggen heeft grote invloed
Je laat alles over je heen lopen, je hebt geen kracht om er in tegenin te gaan.
 
Je bent op zoek naar de kracht om er weer boven te komen
God kan je die kracht geven,
Fijn dat er mensen zijn die met me meebidden
Want God zal mij behouden in dit leven.
 
Ooit zal je op die grote berg staan,
En kan je de tegenslagen aan.