De zomertijd is aangebroken,
de trieste dagen zijn voorbij,
de natuur is weer ontloken,
het is de mooiste tijd voor mij.

Ik zie het frisse groene gras.
het doet mij elk jaar wat,
rustig zit ik op mijn tuinterras
en denk de winter hebben we gehad.

Zomertijd, blijde tijd,
de mens vrolijkt weer op
en vergeet de somberheid,
voelt zich weer op en top.

Zomer, het mooiste seizoen,
steeds kijk ik er naar uit
om weer nieuwe energie op te doen
en te luisteren naar het vogel gefluit.

Zomer, de mooiste tijd van het jaar.
alles bloeit en groeit weer,
de zon schijnt, heerlijk, wonderbaar,
het geeft alles zo’n blijde sfeer.

Dankbaar ben ik voor deze tijd,
waarin de aarde z’n gewas weer geeft,
door Gods trouw en goedheid,
zodat mens en dier de winter overleeft.

Och, kon het  maar altijd zomer zijn,
geen kou, storm, vorst en regen,
altijd lekker warm en zonneschijn,
maar misschien valt dat ook wel tegen.

God heeft het alles zo gemaakt,
dus zal het best zo moeten zijn,
Hij is almachtig en volmaakt
en waakt voor ieder’s welzijn.

F. Nicolai, maart 2000

13 april 2005