Hier loopt het "ik"
en God wil het ontmoeten.

Het "ik" loopt langs de weg
van vreugde en geluk.
Het "ik" komt vaak
verdriet en wanhoop tegen.

Het "ik"zoekt alle wegen af
en vindt te vaak een doods en donker graf
Het "ik" staat zo alleen;
Wie komt het nu nog tegen?

Het "ik" verbaast zich:
er is een God die spreekt.
Het "ik" hoort nieuwe ongehoorde woorden
van Pasen, van een weggerolde steen.

Het "ik" hervindt zichzelf in God,
vindt toekomst verder en nieuw leven.
Het "ik", het ziet rondom,
verheugt zich dat een vogel zingt.

Het "ik" vindt groots en onbevangen
het woord van God dat ook zijn leven richt.
Het "ik" buigt zich, knielt neer,
wil deze God ontvangen.

Hier loopt het "ik"
en God wil het ontmoeten.

Frans den Harder

9 augustus 2005