Als verstilde gedaanten
staan de sparren
in druppels dauw gevat.
Hun vermoeide takken
verlangen vol heimwee
naar nieuwe levenssappen.

Doch kijk!Luister!
Tussen duizend wachtende
"gedaanten" klinkt
fris gefladder.
De bosduiven worden wakker
en  dartelen vrolijk
tussen de verstijfde takken.

En de merels zoeken
een nieuw "verblijf" 
tussen de statige klimop
in onze tuin.

Ja, laat onze suffe geest
ontwaken uit zijn
stille winterslaap...
De lente komt!

Kom naar buiten!
Het leven gaat verder.
De eerste zachte lentedagen
verwarmen perk en prieel.

De krokussen ontwaken 
en kijken ons vrolijk aan.
De lente ontwaakt 
en bereidt dankbaar 
een bloesemweelde 
voor de Heer.