laat mij het lied
uit de lispel van de linde puren
nu de uren minder vurig zijn
van zonneschijn

laat mij de tover
uit het het rosse lover
van de hoven halen
nu de schalen overlopen
van karmijn

laat mij nieuwe noten kraken
grote herfsttapijten maken
vol van opensplijtend rijm voor u

want mijn hart bespeurt
de geur van uw beminnen
in de zinnen van uw levend woord
dat voortgalmt in de diepste dalen
van mijn zijn

en wil niet dralen
om alles uit dit tij te halen
wat neerdwarrelt en valt voor u
die ik draag en ken
in wat ik wezenlijk ben.
Lieve Steenberghs