nachtblauw de hemel
donker de aarde
een graankorrel sterft in de grond
 
geen enkel geluid
bewegingsloos
waart de zwarte dood in het rond
 
ze hebben hun liefde begraven
opnieuw gewikkeld in doeken
 
en weten bij God niet
waar ze het moeten zoeken
 
twijfels en tranen zijn gezaaid
in de akker waarop men
bloedsporen vindt
 
een halm licht op
in de morgenstond
en danst overvol op de wind