Zomeraard die 't al omarmde
warmte waarin 'k zocht erbarmen
zocht, maar trof niets dan het
stille trillen aan de einder

Baadden wij zo-even in 't licht
en ’t groen eens namiddags zomerbos,
nu reeds is 't kerende seizoen
onzichtbaar maar alomvattend
de greep op ’t wereldwezen
onwrikbaar aan 't verwerven

Baden wij zo-even om een koel seizoen
- Kyrie! - keer weer, o gouden straal,
keer weer en draag ons, verhef ons,
breng ons tot in de hemelzomer