Een mens leeft niet alleen voor zichzelf.
In dienst van de naaste, uit naam van de Heer.

Zo ben je nooit eenzaam.
Geef iets aan die ander.
In Jezus Naam.

Een mens leeft niet alleen voor zichzelf.

Wie is mijn naaste?
Wie ben jij?
Wie is mijn naaste?
Wie staat mij zo nabij?

Een mens daalde af en vond het leed op zijn weg.

Een mens was barmhartig,
Door liefde gedreven.
Gaf iets van zichzelf,
Zijn eigen beleven
De liefde van God.

De mens is gelijk,
Gelijk aan zijn broeder
Hoe zwak of hoe sterk
Hoe arm ook hoe rijk
De mens is gelijk  voor dat Hemelse Rijk