Niet meer vechten, niet meer gillen,
niets meer moeten, niets meer willen.

Strek de wapenen, staak het gevecht.
Wat nog spreken, alles is gezegd.

Waar of niet waar, goed of slecht,
laat het rusten, laat het in het midden.

Staak het vergeefse zoeken naar
woorden om oprecht te bidden.

Stil zijn, rusten, horen, zien, ruiken, voelen,
in je drinken elk moment, elke seconde, elke tel.

Eén aaneengesloten “Dank U” denken,
dan versta je leven en bid je alles wel.

(2006) Rom. 8:26 {jcomments on}