Bidden op gezette tijden,
is ons vroeger aangeleerd.
Voor het eten, voor het slapen,
en als je je hebt bezeerd.
 
Vroeger was dat vanzelf sprekend,
later werd het lastiger,
kon je zelf je boontjes doppen,
werd jouw ik  steeds machtiger. -
 
Jona dacht: mijn eigen leven,
heb ik nu wel in de hand.
Maar God had voor hem een boodschap,
zond hem naar de overkant.
 
Jona  moest Gods oordeel brengen,
naar heidenen in Ninevé….
Hij ging bij zichzelf te rade:
en zijn antwoord werd een Nee!
 
Wat kon hem wel overkomen ?
Wellicht werd hij wel gedood ?
Jona vlucht, hij kiest een zeilschip,
maar brengt  anderen  ook in nood.
 
Als de golven om zich heen slaan,
en het schip lijkt te vergaan,
vinden mensen wel een zondaar
en  men kwam bij Jona aan.
 
Lager in de oceanen,
slikt een vis mijn Jona op.
Dan blijkt weldra wat zijn kracht is:
zijn gebed stijgt tot God op!
 
God laat zich dit keer verbidden,
geeft de vis een Godsbevel…..
Op het strand gespuwd, denkt Jona:
Voortaan doe ‘k Gods opdracht wél !
…………………………………………………………
(naar het bijbel boek JONA )