De liefde Gods, weerbarstig in ons leven
omringt ons in ons ondoordachte streven
naar eer en roem en naar bezit en macht.
Hij maakt ons rein en dankbaar als de nacht

van moeit' en zorg ons steeds beknellen,
tranen verdriet uit onze ogen wellen.
Als w' onz' eigen donk're wegen gaan,
komt Hij, komt naast ons staan.

De liefde Gods is troost en trouw,
genâ  voor recht en ons berouw
trekt Hij zich aan. Hij slaat zijn armen
om ons heen, wil troostend ons verwarmen.

Leg dan uw hand stil in de Zijne;
Hij laat de koud' uit onze stem verdwijnen.
Wij spreken dan van grote daden van de Heer,
Hij geeft ons nieuwe hartstocht weer.

Mijn ziel, leg alles in de handen van uw God.
Geef Hem de eer, Hij draagt, bestuurt uw lot.
Laat liefde zingen uit Zijn woord van trouw,
wees voor zijn troost een tempel, vast gebouw.