Toen het nacht was
en de stilte
een arm om mij sloeg
dacht ik troost te vinden
maar het was nog niet genoeg

want de gedachtensporen
waar een sneltrein raast
laat in mij geen stilte horen
maar de onrust van een dwaas.

Toen het nacht was
en de liefde
een arm om mij sloeg
dacht ik hoop te vinden
maar het was nog niet genoeg

want de woordenstromen
langs de grijze waterval
heeft de liefde meegenomen
naar het diep, onwijze dal

Toen het nacht was
en de hemel
een arm om mij sloeg
dacht ik genade te vinden
en het bleek opnieuw genoeg.
Ronald Lammers