In de stilte van de vroege morgen
ben ik dankbaar, dat ik bij U komen mag.
En ik breng U al mijn zorgen
van deze nieuwe, komende dag.

Er zijn zovele dingen Heer,
die mij telkens zorgen baren.
Maar ik leg ze nu hier voor U neer,
breng U de storm in mij maar tot bedaren.

Langzaam vult Uw vrede mijn hart
en worden de zorgen minder zwaar.
Lichter wordt de zwaarte van mijn smart
en opnieuw ervaar ik, U bent daar.

Oh, Heer, ik weet wel wat U tegen mij hebt gezegd;
Mijn juk is zacht, Mijn last is licht,
maar vaak heb ik deze woorden naast me neergelegd
en verloor daarmee op U mijn zicht.

Maar nu, terwijl de nieuwe ochtend gloort,
zoek ik U op en wil heel dicht bij U zijn,
om gesterkt te worden door Uw woord
en herinnerd te worden, dat ik nooit alleen zal zijn.