Kent jouw hart wel vrijgevigheid
om met gulheid ruim te geven
of geldt voor jou zo’n strak beleid
dat niemand gunt naast jou te leven.
 
Kent jouw hart geen bewogenheid
met mensen door een ramp getroffen
moet daar uit worden afgeleid
dat jij in ’t leven slechts kunt boffen.
 
Bedenk jij als je rampen ziet
dat wat je ziet je laat beseffen
mijn gift dat helpt die mensen niet
van wie een grote ramp moest treffen.
 
Draag jij geen verantwoording mee
om mensen met jouw daad te helpen
of vind je dat een slecht idee
om anderen in hun nood te stelpen.
 
Overweeg goed wat jij kunt doen
als jij je hart voor anderen opent.
en schenk aan hen iets van jouw poen
waarop getroffen mensen hopend.