Arm geworden
daar Hij rijk was!
Geboren om Zijn bloed te storten
en dat voor mij de zondaar.
Dat geeft toch geen enkele pas;
De heerlijkheid voor mij verlaten
heb ik dat wel goed in de gaten?
Hier krimpt mijn ziel inéén
scheurt mijn gemoed vanéén!
Zoveel liefde,
uit een hart dat ik kliefde.
Liefde, zo zuiver
geeft mij, dat ik voor de zonden huiver?
Zonden die Zijn eer vernielen
daarin ben ik vervallen
en reed Hem zo in de "wielen"!
Zonden die Hij toch wil vergeven;
Ja, Hij gaf zelfs Zijn leven
van kribbe tot kruis
voor Hij weer ging naar "Huis"!
Hij is voor mij als zondaar:
Dé Middelaar!
'k Zie op Hem als het geboren KIND;
in Hem is het, dat ik Gods liefde ondervind!

Nieuw ingezonden gedichten