Hoor het blijde woord gesproken,
klinkend tot uw oor uw hart.
Laat het licht daarin ontstoken,
stil verdrijven al uw smart.
Dat het duister laat verdrijven,
waarheid die de leugen tart.

Neem het woord en ga het eten,
laat het wezen u tot spijs.
Dat van liefde u laat weten,
Gods genade het bewijs.
God die metgezel wil wezen ,
op uw verd’re levensreis.

Laat Gods woord uw hart vervullen,
blijdschap valt u dan ten deel.
Zegen zal uw leven hullen,
toegemeten rijk en veel.
Overvloedig zijn Gods gaven,
aan u schenkt Hij u uw deel.

Al wie levend naar de woorden,
niet alleen maar hoort, doch doet.
Trekt God met zijn liefdekoorden,
naar de hemel en begroet,
al wie naar zijn woorden leven,
zullen zijn door Hem ontmoet.

‘t Woord klinkt niet voor enkelingen,
daarvoor klinkt het niet alleen
God wil dat het door zal dringen,
heel de wereld om u heen.
Dat u er van zult getuigen,
zingend, sprekend iedereen.

Melodie gez 300 L.v.d.K

Nieuw ingezonden gedichten