Ongemerkt
valt het blad.
De oude boom
wordt voorzichtig aan
doorzichtig.

Nog staat hij fier
maar langzaam aan
zie ik dat zijn bestaan
de winter nadert.
De herfst
sterft.

Het beeld
van de gebrokenheid.
De schepping
In zijn eindigheid
wacht, net als wij
de grote zomer.

Want daar verliest de boom
geen blad
en draagt er
elke maand zijn vrucht.

Waar nu de ganse schepping zucht
en wacht,
vallen de bladeren. 
Een zacht geritsel
als ik loop,
een stil gefluister:
 "er is hoop".