Ik voel mij als een zwerver, Heer,
Een nomade op de reis.
De weg van Ur naar Kanaän,
Van schamele tent naar Uw paleis,

Ik ben geen rijke herdersvorst,
Met familie, knechten, vee.
Ik maak de reis zo heel alleen,
Maar, Heer, U gaat toch mee?

Want, Heer als U niet met mij gaat
Durf ik de reis niet aan.
Alleen als U mij leiden wilt
Kom ik eenmaal veilig aan.