een huwelijk is een voortdurend feest
het is gesloten voor het hele leven
het is van de schepping af zo geweest
wat een cadeau dat aan ons is gegeven

het eindigt hier door het overlijden
het artikel honderd negen en veertig
boek een van het BW meldt 't sinds tijden:
het huwelijk is in de tijd, 't is niet eeuwig

zo is het hier, en hoe is dat Boven
in De Stad van 't feestelijk bijeenkomen
in Jerusalem waar wij Hem loven
waar God's kind'ren als pelgrims binnenstromen

wat een feest, om elkaar te ontmoeten
en samen voorgoed bij de Heere te zijn
hoe blij zullen we elkaar begroeten
in dat land met God's eeuwige zonneschijn

Hij wilde ons door het leven leiden
en zo gingen wij met Hem de aardse reis
wat God samenbracht, wordt niet gescheiden
als wij weer bij Hem zijn in het paradijs

daar wordt het huwelijk overstegen
met grote dank er voor op de aardse reis
gingen we met Hem op 's Heeren wegen
om nu aan te komen in het paradijs

we zijn daar bij Hem als hemelingen
we zijn tot een andere staat verheven
als wij als engelen Hem omringen
om in die stand voortaan voor Hem te leven

wij zingen dan de Heer op hoge wijs
Hij zal ons daar Zijn volle gunst betonen
in Eden's Hof, in 't hemels paradijs
wij zullen eeuwig bij de Heere wonen

bij: Mattheüs 22 : 23 - 33;
Jesaja 33 : 20 en 21