ik heb ingezien
dat al wat God doet voor eeuwig is
toedoen er aan kan men niet
afdoen er van evenmin
Heer, besluit dan zo
voor mij en voor mijn behoudenis
dan heeft het leven voor mij
rust in U en ware zin

ik bid U, Heer der Heeren
Die de weg ten leven is:
wees met mij, leid mij
wil heel mijn leven zo met mij gaan
bij U is er geen omkeer
Gij Die zijt en was en is
Uw doen is eeuwig
toedoen of afdoen: ’t zal niet bestaan

Uw Woord zegt ons ook
Gij zoekt op wat voorbij gegaan is
wie zichzelf aan U verliest
die wordt door U gevonden
wij aanbidden U
Heer, Gij zijt onze behoudenis 

wil hier met mij gaan
tot de laatste grens er voor ons is
waar we staan voor de rivier
die is er aan verbonden
leid mij er door heen
toe naar U, bij Wie geen omkeer is

bij: Prediker 3 : 14 en 15; Jacobus 1 : 17.