Niet in de regen
-hij smaakt naar avond
vol appelroomtaart-


kwam ik U tegen
niet in de golvende zon
waar een zeiltje op vaart
niet

kon ik U vinden
waar sterren groeien
in wolken vol créme


noch waar de winden
buitelen en stoeien
om de eerste te zijn
maar


in mijn huilende nacht
-hij ruikt naar struiken
vol tijm en muskaat-


vond ik Uw toren van kracht
die veilig en buiten
de mensenwereld staat.