Geen kerstman in een arrenslede
kan opwegen tegen
een Kerstkind dat kwam voor de vrede,
gebracht met Gods zegen.

Geen kerstboom opgetuigd met veel blingbling
kan opwegen tegen
een stal en kribbe die het Kind ontving,
verlicht met Gods zegen.

Geen kerstster, hoe mooi als ornament,
kan opwegen tegen
de Ster aan het hemels firmament,
uitstralend Gods zegen.

Geen kerstlied, kerstkaart met vreugd ontvangen,
kan opwegen tegen
de vreugdevolle engelenzangen
brengende Gods zegen.

Laat ons blij, als de herders van toen,
elk langs eigen wegen,
op zoek gaan, vìnden dat Kind als toen,
't Vredeskind, Gods Zegen.