Die vrijdag werd niets goeds bedacht,
de mens was diep gezonken,
en ook nog nooit had zo diepgaand,
' ‘t waarom, Mijn God' geklonken.

Die goede vrijdag was niet goed,
maar ’t moest om óns gebeuren,
het leven van een schuld’loos Mens ,
was deerlijk te betreuren.

Die goede vrijdag werd de straf,
op ónze vele zonden,
geheel op ’t zwijgend Lam gelegd,
bloedend uit vele wonden.

Toch kwam het op die vrijdag goed,
toen álles leek verkeken,
ná het ‘waarom’ riep Hij: ‘Volbracht’!
Gods liefde is gebleken.

Mattheüs 27:46 – Markus 15:14 
Lukas 23:9 - Johannes 19:30