Het was een week van stilte,
van zwijgzame ontvangenis.
En in de diepe aardse kilte
groeide de grauwe duisternis.
De palmtakken lagen vergeten
langs wegen van verwachten.
Wie zal nog van Hosanna weten,
het is de tijd van bange nachten.

Is deze nacht van het gedenken
zo anders dan verleden tijd?
Mag Jezus zelf de beker schenken
en 't bloed zijn dat bevrijd?
Wordt hij het lam in deze nacht geslacht
het offer voor wie er gelooft?
Het teken keert zo onverwacht,
wordt er een nieuwe tijd beloofd?

Het duister blijft discipelen omringen.
Ze slapen allen in de donk're nacht.
De stille pijn van de herinneringen,
nog over deze seder nagedacht.
De aarde draagt haar diepe duisternis.
Is dit een nacht als ooit tevoren?
Een keerpunt in onze geschiedenis;
de nieuwe dag wordt straks geboren.