Paasmorgen is nog vroeg en koud,
als Jezus strijdt  voor ons behoud.                           
Hij schudt nu al de kluisters af,
verbreekt  Gods oordeel  en de straf.
 
God legde ons Zijn wetten op,
die ons omklemden als een strop.
Zijn regels bleken ons te zwaar,
wij waren steeds in groot gevaar!
 
De dood gaf grenzen aan ons leven,
wij bleven slechts naar beter streven.
In eindigheid ligt ’s mensen lot,
tot Jezus kwam als hand van God.
 
Hij is het die Gods wil aanvaardt,
ons leven is die prijs Hem waard.
Zijn sterven aan het kruis der smarten,
wint zo miljoenen mensenharten.
 
God opent hier Zijn eeuwigheid,
voor ons, het is door Hem bereid.
Wij mogen voor Zijn troon gaan spelen,
en luid klinkt het uit aller kelen:
 
“Hosanna voor de Heer der Heren,
wij willen dankbaar U vereren.
Door Adam vonden wij de dood…..
maar Jezus schenkt ons wijn en brood !”