Ik heb op Golgotha gestaan,
verward en sprakeloos.
Waar Jezus als een boeteling,
aan ’t kruishout hing.
Met onze schuld belaân.

Ik heb op Golgotha gestaan.
Tot in het diepst ontroert.
Wat heeft U toch bewogen,
dat U voor aller ogen,
de weg van ’t lijden wilde gaan

Ik stond daar aan de voet van ’t kruis.
En zie, ik zag de ‘Mens’.
Mijn God van God verlaten,
geen engel mocht meer baten.
Ver van het Vaderhuis!

Ik heb op Golgotha gestaan.
Vol hoop en vol verlangen.
Was mij o Heer, geheel,
maak mij witter dan de sneeuw,
zie mij in Uw ontferming aan.

En toen ik daar zo stil mocht staan,
werd hoop door moed vervangen.
“Van eeuwigheid verkoren,
bemint, voordat je werd geboren.”
O, liefde Gods, niet te verstaan!

Charmaine


10 maart 2006