Jouw pelgrimspad begon
terwijl je nog niet lopen kon,
maar bij de doop kreeg toegezegd:
Je bent in Gods hand teruggelegd.
Je hoort dus voor altijd bij Hem.
Hij weet je naam  -  Hij kent je stem.
Het pad ligt voortaan voor je open.
Je moet alleen nog leren lopen.

Je leert de weg heel rustig gaan:
kinderbijbel – (zondags-)schoolverhalen – catechese.
Ze wijzen je als pad steeds Christus aan,
Die ook voor jou de Weg wil wezen.
Maar in je puber tijd
raak je die weg wat kwijt.
’t Ziet er leuk uit, dat dwarse paadje,
waarvan je niet weet waar het einde is.

Zei Paulus niet dat je mocht onderzoeken?
Dus ga je.
Ongeacht of dat voor jou het goede pad wel is.

Het pad loopt dood. Je moet teruggaan
tot op het punt waar kruisen staan.
En ben je daar, dan blijkt al gauw:
Daar hing de Heiland. Ook voor jou!
de weg, de waarheid en het leven
kon Hij op die manier jou geven.
 
Loop achter Hem en volg Zijn spoor
als pelgrim naar Zijn nieuw Jerusalem.
Hij weet jouw naam. Jij kent Zijn stem
Geef dus niet op!  Loop door!
Je wordt in Gods hand neergelegd,
Zoals bij je doop werd toegezegd.