Als kind op Vader's schoot.
Veilig met gebalde vuisten.
Want in een klein hart huist er
angst om lijden en om dood.

Onmachtig timmeren op de borst.
Boosheid moet worden begrepen.
Liefde moet worden gegrepen
in een onbeschrijfelijke dorst
naar veiligheid en vrede.

Het is een machteloze bede
om de orde die alles verklaren kan.

Om dan, als kind op Vader's schoot
- waar eerst de vuisten zich nog ballen -
in een vertrouwde slaap te vallen.
Er is een leven voor de dood.

Zie uitgelicht gedicht april 2014