In stilte geboren,
gedragen door een warme wind,
vlieg jij jouw eerste vlucht,
op de eerste ochtend
van de nieuwe lente.

Je danst en zweeft
van bloem tot bloem,
ademt hun geuren
en luistert naar het geheim
van hun schoonheid.

Dans, vlinder, dans!

Jouw pootjes strelen
de bloemblaadjes.
Je kust hun hartjes
en verovert ook mijn hart.

Dronken van het liefdesspel
richt je jouw vleugels
naar de zon
en zoekt elke
nieuwe bloem,
die ontluiken wil.

Leef, vlinder, leef!

Zoen zachtjes
hun fluwelen kelkjes.
Leef de ganse lentedag lang.

En wanneer de avond
de nacht streelt,
breng dan een ballade
voor de Heer.