wij zoeken in de aarde, naar zilver en naar goud,
de weg daarheen wordt niet gekend, maar wel gezocht
zo wordt aan het licht gebracht hetgeen waar men van houdt,
met alle ijver, en met wat men maar vermocht;
als het om de wijsheid gaat, waar wordt die gevonden?
en als ’t om inzicht gaat, waar heeft die haar woning?
is die aan ons in ’t land der levenden verbonden?
voor het antwoord wijst men omhoog, naar de Koning

die wijsheid kan men niet met goud en zilver kopen,
de chrysopraas en de lazuursteen baten niet,
kristal en paarlemoer als koopprijs, zou men hopen,
’t is niet te koop, noch met goud, noch met chrysoliet;
de wijsheid en het inzicht, waar komen die vandaan?
zij zijn onttrokken aan wat God op aarde geeft,
als ’t hier niet is, dan gaat het op de eeuwigheid aan :
zij is bekend bij God, de Heer, Die eeuwig leeft

de wijsheid: God kent haar weg en plaats, die is bij Hem
Hij ziet wat er hier is, Hij ziet naar de waarde,
de stormwind met haar kracht, zij geeft acht op ’s Heeren stem,
Zijn ogen zien tot aan ‘t einde van de aarde,
Hij bepaalde plaats en grens aan water en aan zee
de regen, de bliksem, zij horen Zijn bevel
Zijn handelen brengt de waarheid en het inzicht mee:
inzicht en waarheid, die zijn deel van God’s bestel

Hij geeft aan hen de plaats die zij moeten gaan houden,
de Heere heeft het zo bepaald en gegeven,
de morgensterren zien het, zij zijn God’s vertrouwden;
en voor ons mensen, die hier op aarde leven
zegt de Heere, dat voor ons wijsheid en inzicht is
Hem te dienen, en Hem alle eer te geven,
het kwaad te mijden; en hier op aard’, met die kennis
en wijsheid, voor de Heere te mogen leven

bij Job 28