lof zij de Heer, de Schepper van ’t heelal
van oost tot west, van noord tot zuid, prijs Hem,
gij zon en maan, en sterren zonder tal:
uw licht bij dag en nacht, is als een stem

die ons de schoonheid van de schepping zingt
terwijl ge de u voorgeschreven banen gaat;
gij engelen, die onze Heer omringt
en dient, met lof en eer, en vóór Hem staat

Hij is de Heer Die alle dingen schiep
die in de hemel en op aarde zijn,
en die de Heere Zelf tot aanzijn riep:
hemel en aarde, het is Zijn domein

gij bergen en gij heuvels, looft de Heer,
flora en fauna, sluit u er bij aan,
ook dieren in de zee en in het meer
en die op ’t land en door de luchten gaan

loof Hem, gij machthebbers op aarde,
gij ouderen en jongeren, ge geeft
aan uw leven hier beneden waarde
als u de Heere, Hij Die eeuwig leeft

van harte als uw Koning eert en huldigt,
Hij is het waard, de Schepper van ’t heelal;
dank en eer en lof zijn wij verschuldigd
aan Hem Die was en is een eeuwig wezen zal

Hij, Die mijn Schepper en mijn Koning is:
verheven is Zijn Naam, Hem zij de eer:
Hij heeft ’t voor ons volbracht, Hij geeft behoudenis;
ik eer en aanbid Hem; lof zij U, Heer

van oost tot west, van noord tot zuid, prijs Hem,
lof zij de Heer, de Schepper van ’t heelal
loof Hem, de Heer, van harte, met uw stem,
en gij, mijn ziel, loof gij Hem bovenal