Jeruzalem, uw gouden paar`len poorten,
stralen mij op weg naar u, tegemoet.
De stad van vrede en gerechtigheid,
zo vredig liggend in een gouden gloed.
Wat een dag zal het zijn als ik bij u mag
binnentreden, waar koning Jezus
mij begroet, dat Hij zal zeggen jouw
strijd is gestreden, kom maar binnen,
de overwinning is door Mij betaald,
Ik heb je nu voor eeuwig thuisgehaald.
De tranen zijn voorbij en nooit meer
zul je wenen. Ik wis ze af, blijmoedig
mag je nu Mijn poorten binnentreden.
Het oude is voorbij, Ik maak alles nieuw.
Afhankelijk zijn
Leven met pijn
Leven in onzekerheid
De controle helemaal kwijt
Ik hef mijn handen in een smekend gebaar
God, bent U daar?
En toen kon ik toch genieten van het moment
Van de zon die eind oktober nog warme stralen zendt
Van de goudbruine glans op bomen
Van de vogels die even langs mijn raam gevlogen komen
Ik vouw mijn handen in een dankend gebaar
Toen ik het moeilijk had, was U daar
En toen waardeerde ik de zorg die ik ontvang
Op zulke momenten was ik even niet meer bang
Even zal de toekomst mij een zorg zijn
Even krijgt men mij niet klein
Ik vouw mijn handen in een dankend gebaar
Toen ik het moeilijk had, was U daar
Welk mens verlaat niet al zijn schapen,
om te zoeken wat verloren was?
Dat ene schaap, kostbaarder dan zijn kudde
gaat hij achterna, hij versnelt zijn pas.
Niet al die negen en negentig schapen
zijn het belangrijkst voor hem.
Hij wil alleen het verlorene vinden,
Hij roept het met zijn zachte stem.
Als hij zijn schaapje heeft gevonden,
draagt hij het vol blijdschap naar de stal.
Hij roept zijn vrienden en de buren,
en zegt: Kijk ik vond het in dat diepe dal.
Kom, laten we met elkaar feest gaan vieren.
Ik vond mijn dierbaarste schaap terug.
We mogen juichen en jubelen van vreugde.
Kom, wacht niet te lang, kom toch vlug.
Want om meer dan al die rechtvaardigen,
is er blijdschap om wat teruggevonden is.
In de hemel zullen de engelen juichen,
om die zondaar die bij God thuis gekomen is.
Zo zullen al Gods schapen veilig wonen.
Niet één zal Hij er verloren laten gaan.
Allen zullen ze zijn vreugde mogen smaken.
Wanneer al het verlorene voor zijn troon zal staan.
Heer geef ons zelf de richting aan,
wees ons een lamp voor onze voet
wanneer wij op een kruispunt staan
en twijfelen waarheen te gaan,
te vaak breekt ongeloof zich baan
en zijn wij ver bij U vandaan,
Heer geef ons zelf de richting aan,
wees ons een lamp voor onze voet,
want waar uw licht ons hart ontmoet,
U hand in hand met ons wilt gaan,
daar breekt de zekerheid zich baan,
Heer geef ons zelf de richting aan.
Niet altijd was mijn pad
de wens door mij gekozen
of ging, door ik weet niet wat,
over geurige rode rozen
menig doorn boorde in mijn voet
en kleurde de aarde
met mijn rode bloed
wat ik herinnerend bewaarde.
Niet altijd ging mijn pad
door vlakke groene weiden
met hemel helder of mat
zonnegloed aan alle zijden,
ook over bergen, door dalen
rivieren of woestijn,
zware inspanning of falen
lagen op mijn levenslijn.
Toch volg ik het pad wat ik begon
in al mijn levensdagen
tot aan lichtende horizon
zonder al te veel vragen
naar het hoe en waarom
in de hoop dat ik kan dragen
tot ik eens in Eden kom.
Vier weken wachten,
vier weken van advent,
bijna zijn de weken om,
bijna krijgen we het geschenk.
Dan geeft de Vader ons Zijn Zoon
en zingen wij van 't kind geboren,
dat voor ons op d’ aarde kwam,
in een wereld zo verloren.
God zegt: ‘Ik geef je nog véél meer,
een heerlijk feest dat nog gaat komen,
een feest van terugkeer, een feest van licht,
een feest waar al Mijn kind’ren over dromen".
Vier weken wachten,
vier weken van advent.
Bijna zijn de weken om,
bijna krijgen we dít geschenk.
Als Jezus komt, dan is de wachttijd om,
dan komt Hij terug van boven,
dan gaat Hij nooit meer van ons heen,
en mogen wij de kaarsen doven.
Kerstfeest is:
Waar een Vaderhand een mensenhand ontmoet.
Waar de hemel de aarde blij begroet.
Waar een hart zich openstelt voor Hem
en zich haast naar Bethlehem.
Waar een Koningskind hem wacht.
Waar de vrede wordt gebracht.
Waar het donker wordt verlicht,
tot een prachtig vergezicht.
Kerstfeest is:
Waar het Vaderhart zich buigt naar mij
en zegt: ‘Mijn kind Ik houd van jou,
kom jij maar dichterbij’.
Jezus is de weg tot `t leven,
wil ons moed en krachten geven.
Is een lamp voor onze voet,
die voor struikelen behoedt.
Geeft ons licht in donk`re nachten,
zalig wie Zijn hulp verwachten.
Halleluja. Halleluja.
Als er een woeste storm raast door je hoofd,
je niet weet met welke wind je moet varen,
je op de wrakstukken drijft van je geloof,
een vloedgolf van twijfel je blind doet staren,
je doelloos ronddobbert in de duisternis,
je geloof onder de golven zal verzinken,
het licht van de toren heel ver te zoeken is,
je laatste overtuiging dreigt te verdrinken....
laat uit je hart oprecht oprijzen een vuurpijl :
" Red mij, Heer, ik wil U niet verwerpen ! " ,
dan zal Hij oprecht vol vreugde in allerijl
jou Zijn eeuwige reddingslijn toewerpen !
"Vraag (alsof je leven ervan afhangt), en er zal je gegeven worden!"
Geef mij vleugels als vogels
de vinnen van een vis
snelheid als een jaguar
de stem van een leeuw
de slimheid van de vos
maar geef mij nooit
de tong van een slang.
Laat mij drijven op de wind
schieten door het water
ijlen door de velden
spreken tot mensen
in talen van de Geest
maar niet met de woorden
aangereikt door het beest.
Een golf rolt keer op keer,
binnen- en buitengaats,
voortdurend heen en weer
en vindt geen vaste plaats,
zo is wie keer op keer
het onvolprezen Woord
van onze Heer,
met open oren hoort,
maar vragend door
de dagen gaat,
de twijfel met zich dragend
en metend met
de menselijke maat,
zich het houvast
ontnemen laat,
bij alle vragen
blijft de zekerheid
dat wij bestaan in God,
vertrouwen is de
gouden draad die
ons met God verbindt,
alleen die echte Vader
weet wat goed is
voor zijn kind.
Van tijd tot tijd zijn er mensen
- tot dominees aan toe -
die zich volkomen laten leiden
door ontkenning van Christus' bloed.
Ze komen soms zelfs zo ver,
dat zij twijfel zaaien alom.
Ze keren niet alleen de Morgenster,
maar heel de geloofszekerheid om.
Zij preken dat het christendom
geen zekerheden kent
en dat al wie nog naar de kerk komt
in zijn gehoor moet worden verwend.
Maar komt dat overeen met hoe God het wil?
Is die twijfel dan gezond?
Persoonlijk maakt dit mij angstig stil,
ik zak er haast van door de grond.
Ik weet: het is ieders goed recht
te geloven wat hij wil.
Maar ik gun geen medemens iets slechts,
daarom roep ik: wees eens stil!
Het mooie van het christelijk geloof
is in mijn ogen juist,
dat God in het algemeen belooft,
dat Hij ons leven onbetwijfeld doorkruist.
-----------------
In het achterhoofd bij dit gedicht zitten het boek 'Het algemeen betwijfeld christelijk geloof' van H. Kuitert
en de discussies die enige tijd geleden in Zeeland plaatsvonden.
Ik besef hierbij, dat mijn persoonlijke visie niet 'ieders visie' kan zijn,
maar het heeft mij destijds wel serieus persoonlijk geraakt.
Heer red mij uit mijn nood, / zij loeren op mijn dood, niets is mij meer gebleven. Zij spotten om mijn lot, / en zeggen: zelfs zijn God houdt hem niet meer in leven. Maar God, U bent mijn eer, / mijn veilig schild o Heer, ik word door U gedragen. U hebt mijn klacht gehoord, / van Sion klinkt uw woord als antwoord op mijn vragen.
Hoe goed is dat ik weet, / dat God mij niet vergeet, dus heb ik niets te vrezen. Ik leg mij rustig neer, / ontwaak ik, Hij, mijn Heer, Hij zal er voor mij wezen. Al vallen op mij aan, / die mij naar 't leven staan en mij de pas afsnijden, ik ben toch niet alleen, / God houdt mij op de been, Hijzelf zal mij bevrijden.
Toon Heer uw grote kracht, / uw majesteit, uw macht en red mij uit hun handen. Bezoek hen met uw wraak / en sla hen op de kaak, verbrijzel al hun tanden. U slaat de vijand neer, / U redt ons keer op keer, uw naam is hoog verheven. Waar U uw volk ontmoet, / wilt U in overvloed uw rijke zegen geven.
Wie hier graag een licht wil zijn
in deze donkere dagen,
maar zich wellicht vol twijfel
al lang loopt af te vragen
of zijn lichtje zo heel klein
tot Gods eer zou kunnen zijn.
Zijn antwoord aan de twijfelaar:
“plaats het op de kandelaar”.!
Want ook het kleinste lichtje
verspreidt zijn licht rondom
en samen met de anderen
is het een optelsom.
Zo worden al die lichtjes
een prachtig stralend licht
van vele kleine lichtjes
het is een mooi gezicht.
Jezus het Licht der wereld.
mogen wij verder dragen
en wijzen op de Heer
aan mensen met hun vragen.
Verstop je lichtje niet
want het is nooit te klein.
Om op de kandelaar te staan
en licht voor Hem te zijn.
Maakt u veel gebruik van deze site en wilt u ons helpen met een financiƫle ondersteuning voor de hosting klik hier>>> voor de gegevens om een bijdrage over te maken.